Hoofdstuk 17

Rossumse katholieken kerken nog steeds in Oldenzaal

Plattegrond Oldenzaal
Plattegrond Oldenzaal

Nog altijd hadden de Rossumse katholieken hun kapel in Oldenzaal. Omtrent 1710 werd dit kerkje een tijdlang door alle katholieken van Oldenzaal bezocht om de volgende reden, zoals Geerdink beschrijft.

De Oldenzaalse parochianen hadden, hoewel dit uiteindelijk ongegrond bleek, het vermoeden gekregen dat hun pastoor Gerhardus Meyer het jansenisme zou zijn toegedaan. Toen ging er niemand meer bij hem naar de kerk, behalve dan zes klopjes. Nadat de pastoor voor de hele gemeente opnieuw het formulier van paus Alexander VIII bezworen had, was men gerustgesteld. Allen zonder uitzondering bezochten weer zijn parochiekerk.

Verder vernemen wij dat de Oldenzaalse stadsregering in die tijd de uitoefening van de godsdienst nog wel eens bemoeilijkte. Men ging dan ook wel buiten de stad kerken, op Tijdhof in Rossum en de parochianen uit De Lutte op het erve Beernink. Hierbij komt waarschijnlijk ook dat er bezwaren waren tegen het kerken op voor velen zo verre afstand.

Het kerkje in Oldenzaal had maar bescheiden afmetingen. In 1726 werd het blijkbaar zelfs voor een herberg aangezien. Bij het uitgaan van de kerk werden vijf mensen doodgeschoten door soldaten die kort te voren naar Oldenzaal gestuurd waren om desnoods met geweld het monopolie op sterke dranken te handhaven. Deze meenden dat het een samenscholing van mensen was die in een herberg vergaderd hadden, toen op de betreffende Paasmaandag de vroege dienst uitging, en die zich tegen de soldaten wilden verzetten.

Huttenkloas

Stoel Huttenkloas
Stoel Huttenkloas

Het is ook in die tijd (rond 1700) geweest dat in de buurt van Bentelo ene Klaas Annink werd geboren. Hij is beter bekend onder de naam Huttenkloas. Het moet gezegd worden dat hij als booswicht een product van de toenmalige tijd is.

In een boekwerk heeft jhr F.W.van Coeverden de wandaden van dit heerschap beschreven. Na diverse moorden is hij op 13 september 1775 in Oldenzaal terechtgesteld. De stoel, waarop Huttenkloas honderdveertien dagen was vastgeklonken, staat nog in de Oudheidskamer in Oldenzaal. Uit dit stuk blijkt wel dat het op het platteland zeker niet veilig was.

Naar: Geschiedenis | hoofdstuk 16 | hoofdstuk 18